Stemming akkoord surseance
Voor het aannemen van een akkoord is opnieuw vereist dat tweederde van het aantal concurrente crediteuren, die gezamenlijk meer dan 75% van het totaal aan concurrente schulden vertegenwoordigen, vóórstemmen. Uit de praktijk blijkt dat concurrente crediteuren vaak niet zo moeilijk meer doen wanneer eenmaal de onderneming in de fase is gekomen van een definitieve surseance. Om dat te bereiken is immers ook de instemming van de meeste concurrente crediteuren nodig en die crediteuren zullen dan ook niet licht een aangeboden akkoord afwijzen. Afwijzing van een akkoord houdt namelijk in dat automatisch de surseance wordt omgezet in een faillissement en concurrente crediteuren weten dan dat zij in die situatie (nagenoeg) niets krijgen. Een aangeboden akkoord in een surseance levert voor concurrente crediteuren altijd meer op. Vanuit een zichtbare win-win situatie stemmen zij dan ook vaak vóór het aannemen van het akkoord.