Introductie Surseance van betaling
Surseance van betaling betekend ‘uitstel van betaling’ en is gericht om het voortbestaan van een onderneming veilig te stellen. Surseance kan een effectief instrument zijn om discontinuïteit van een onderneming om te buigen in continuïteit.
Toch wordt surseance van betaling vaak gezien als het voorportaal van een uit te spreken faillissement.
Ook in de praktijk blijkt ook dat een Surseance van betaling vaak kort daarna gevolgd wordt door een faillissement.
De verklaring hiervoor moet niet gezocht worden in de Surseance van betaling zelf, maar in het feit dat vaak een surseance wordt aangevraagd op de verkeerde gronden. Dat is jammer, want daardoor staat de surseance vaak ten onrechte in een negatief daglicht. Surseance heeft enkel zin indien er zicht is op een oplossing om financiële problemen (op korte termijn) op te lossen.
Slechts weinig ondernemingen die te kampen hebben met discontinuïteit lenen zich voor het “geneesmiddel” Surseance van betaling. En dat laatste is de verklaring voor het feit dat de Surseance van betaling in de praktijk vaak snel moet worden omgezet in een faillissement.
In veel situaties van discontinuïteit heeft het aanvragen van een Surseance van betaling dan ook geen enkele zin en doet de ondernemer er verstandig aan om zelf het faillissement van het bedrijf aan te vragen.
Wat is surseance van betaling?
Een surseance van betaling houdt in dat de onderneming de betaling van opeisbare schulden mag opschorten, met het doel een faillissement te voorkomen. De onderneming moet hiertoe door de Rechtbank gemachtigd worden, nadat zij de surseance zelf heeft aangevraagd.
De Rechtbank benoemt één of meer bewindvoerders die samen met de ondernemer het vermogen van de onderneming beheren. Het doel van de surseance is de onderneming gelegenheid te bieden om over een tijdelijke financiële malaise heen te komen en naar een oplossing te zoeken in de vorm van het aanbieden van een akkoord.
Komt er geen akkoord tot stand, dan gaat surseance doorgaans over in faillissement.
Verschil tussen faillissement en surseance van betaling
Faillissemenent | Surseance |
Beslag op vermogen | geen beslag op vermogen |
failliet is beschikkingsonbevoegd | beschikking en beheer door bewindvoerder en ondernemer samen |
benoeming curator | benoeming bewindvoeder |
doel: verkoop boedel ten bate van crediteuren | doel: schuldenaar de tijd geven om de crediteuren te betalen |
aanvragers: crediteuren of failliet zelf | aanvragers: alleen de schuldenaar zelf |
van toepassing voor alle crediteuren, behalve separatisten (crediteuren met eigendomsrechten) | niet van toepassing voor preferente crediteuren, (crediteuren met een wettelijke voorrangsstatus, bijvoorbeeld de fiscus en de uitvoerings instanties) en de separatisten |